Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En alzo zij hem [26]met de riemen uitrekten, zeide Paulus tot den hoofdman over honderd, die daar stond: Is het ulieden geoorloofd [27]een Romeinsen mens, en [dien] [28]onveroordeeld, te geselen? 26. Dat is, alzo bonden, dat zijne leden uitgerekt worden aan een staak of pilaar, om gegeseld te worden. 27. Dat is, een die het burgerrecht van de stad Rome heeft. Zie vs.28. 28. Dat is, zonder behoorlijke kennis van zaken genomen te hebben.